De laatste tijd is er de nodige aandacht voor de rol van, ik noem het maar even, mystieke ervaring in het genezingsproces van een psychische ziekte. Ik verwijs bijvoorbeeld naar de lezing van Michael Elias over psychose op 15 augustus jl. in de Dominicuskerk.
Afgelopen winter verscheen in Volzin, van de hand van Vincent Duindam, het essay Psychologie moet zich óók door de mystiek laten inspireren. De titel zegt alles over de strekking ervan. Het is een pleidooi om de ziel weer terug te brengen in de psychologie en door stilte en meditatie ‘uit je verhaal te stappen’. Een pleidooi dat ik onderschrijf, niet met citaten uit bovenstaande artikelen, maar door het verhaal weer te geven van een ervaringsdeskundige.
Ik vertel het verhaal met toestemming van en zelfs deels in de woorden van de moeder, maar om een herkenning te voorkomen heb ik feiten gewijzigd en fictieve elementen toegevoegd. Ik noem haar dochter Naära, Hebreeuws voor: meisje. Naära was een intelligente en talentvolle jonge vrouw, maar ze was op een gegeven moment een weerloos meisje in de klauwen van haar ziekte, die haar dreef tot het beëindigen van haar nog geen dertigjarige leven.
En toch, midden in de geestelijke pijnen en de eenzaamheid, kende ze intense momenten van sereniteit, liefde en God. Die haar echter door de behandelaars werden ontnomen – aldus haar moeder:
“Naära heeft in haar tijd van behandeling hard moeten knokken voor het stukje geloof of religie. Er was geen ruimte voor. Toen zij vertelde over het klooster waar ze nu en dan heen ging, kreeg ze veel kritiek. Sommigen dachten dat het een sekte was en alles wat ze erover vertelde werd negatief bejegend. De staf greep in dit soort situaties niet in en liet het gebeuren, wat haar een enorm gevoel van onveiligheid gaf. Zij voelde zich hierdoor ook erg eenzaam. Haar verlangen naar contemplatie bezorgde haar, naast alle andere diagnoses, ook nog de diagnose ‘Obsessief Compulsieve Stoornis’. Dit omdat ze voor de maaltijd een moment van stilte wilde.”
“Letterlijk zei haar behandelaar: ‘Als je hier klaar bent met de therapie heb je die god niet meer nodig, want god is een illusie.’ Ook haar psychoses werden gekoppeld aan haar Godservaring: ‘Je hebt in je psychoses dingen gezien die er niet waren’. Toen ze dat weekend thuis kwam was ze totaal overstuur. Ze wist heel goed dat ze gedurende haar psychoses dingen en geluiden had gehoord die er niet waren. Dit was toen ze in de isoleer zat. Maar haar Godservaring in het klooster was van een heel andere orde. Ze was een keer aan het wandelen. Toen had ze de ervaring dat ze ‘wandelde met God’. Ook in de kapel had ze zo’n ervaring die ze verwoordde in een gedicht. In haar gedichten kon ze aan deze gevoelens woorden geven, aan deze zoektocht en hoe ze het soms even vond. Binnen de therapie was hier geen ruimte voor.”
Glimlach
“Het waarom zal altijd een mysterie blijven, al zijn er wel bepaalde gebeurtenissen die haar toch al wankele evenwicht ernstig hebben verstoord. Maar die glimlach blijft me altijd bij. Ik vond haar liggend op haar bed in haar mooiste bloes. Ze lag er heel rustig bij, sereen is denk ik het goede woord en ze glimlachte alsof ze iets heel moois ervaren had. Misschien is het daardoor dat ik geen seconde in paniek was, niet gegild heb maar rustig 112 heb gebeld en begonnen ben met reanimeren totdat de ambulancebroeders dat van mij overnamen.”
“Het was natuurlijk een onwerkelijke situatie, maar ik was kalm en ik ben daar nog altijd verbaasd over. Heel die avond staat nog glashelder op mijn netvlies. Ze was zo mooi zoals ze daar lag. En die wonderlijke glimlach is al die dagen gebleven. Ze was gelukkig, dat was wel duidelijk.”
Dit verhaal van de moeder van Naära doet me denken aan het boek Op zoek naar het geluk van mijn oud-docent, de reeds lang overleden hoogleraar ethiek in Brussel, dr. Gerrit van Leeuwen. Daarin geeft hij een voorbeeld van zo’n moment van licht in de duisternis: ‘Een uiterste, zowel van omstandigheden als van het teken van licht, geeft Dostojevski in zijn Demonen, als de demonisch getormenteerde en tot wrak geslagen Kiriloff iets van geluk ervaart in het zien van een door de wind bewogen blad in de herfstzon.’
Kiriloff beneemt zichzelf het leven. Maar toch is er dat moment van geluk: een blad in de herfstzon. Van Leeuwen wijst erop dat dit moment van troost bij Dostojevski speelt aan de laatste grens, maar zelf zet hij een stap verder, over de grens. Hoe? Door uitgerekend hier Psalm 139:10 te citeren: ‘Al daalde ik af in het dodenrijk – Gij zijt daar’.
Prachtig! Deze tekst zal voor veel nabestaanden van geliefden met een zelfgekozen levenseinde een troost zijn. In de woorden van Van Leeuwen: ’Voor de grens is er naast de demon de engel, over de grens is er de eeuwige Presentie.’
Dat is mooie taal, maar het is de taal van een theoloog. Liever sluit ik af met de doorleefde taal van de moeder van Naära: “Ik ben er zeker van dat ze in haar laatste ogenblikken een prachtige ervaring heeft gehad en vanuit die overtuiging kon ik ook zeggen: ‘Ze legde haar leven in Gods hand’. Ook ik geloof niet in een hemel zoals ons dat als kind werd geleerd. Ik weet niet waar ze is. Ik weet alleen dat het goed met haar is, dat ze veilig is en dat haar liefde nog in en om mij heen is.”
Dank! Dank, moeder van Naära, voor dit bijzondere verhaal!
Denk je aan zelfmoord? Heb je nu hulp nodig? Chat of bel 113 of gratis 0800-0113. Voor meer informatie: https://www.113.nl/.
Men leze hiervoor eens het zeer grondige en informatieve proefschrift van Eva Ouwehand.
https://www.rug.nl › news › archive
Promotie Eva Ouwehand: Mania and Meaning – Rijksuniversiteit Groningen.
Ook aanbevelenswaardig: ‘Hier ben ik, De weg van psychose en depressie naar het licht’ van May-May Meijer
én van Paul Verhaeghe, hoogleraar psychologie: ‘We kweken psychiatrische patiënten bij de vleet’: https://www.knack.be/nieuws/gezondheid/paul-verhaeghe-hoogleraar-psychologie-we-kweken-psychiatrische-patienten-bij-de-vleet/article-longread-1536455.html?
Ik zou graag een pleidooi willen voeren voor meer verdieping in spiritualiteit, in het transcendente, in mystiek. (Lees: Mystiek en verzet van Dorothee Sölle, of Rumi, Yunus Emre e.a.)
“Een geest, geheel en al logica, is als een mes geheel en al lemmet. Het doet de hand die het gebruikt, bloeden.”, Rabindranath Tagore (uit: Zwervende Vogels)
Beste Sietse en Mirjam,
dank voor jullie beider aanvullende reacties!
De lezer zal er vast zijn voordeel mee doen.
Wim