Bij thuiskomst vertelde ik mijn joodse krantenverkoper in Amsterdam enthousiast over mijn ervaringen. Sceptisch en vooral ongelovig keek hij me aan. “Je bent de eerste met positieve ervaringen over de Palestijnen. Voor mij blijven ze niet te vertrouwen.”
Zijn vijandsbeeld stond als een huis. Dat was me in Israël en de bezette Palestijnse gebieden ook opgevallen. Iets positiefs over de tegenpartij zeggen, was not done. Ik had de indruk dat zowel de joden als de Palestijnen het hardste erom vechten wie nu het grootste slachtoffer is. Dat komt door hun lotsverbondenheid.
Wat voor de joden in 1948 de oprichting van de staat Israël is, is voor de Palestijnen de naqba, de catastrofe. Een meer ultieme lotsverbondeheid is niet denkbaar. Een zon- en een schaduwkant die veroordeeld zijn samen te leven in één lichaam. Dat lichaam is het historische Palestina. Een gebied dat eeuwenlang toebehoorde aan mensen met verschillende afkomsten, culturen en godsdiensten. Een groot deel van dit gebied is nu benoemd tot joodse staat. Het Arabische erfgoed in het kernland Israël wordt nog collectief genegeerd, want een ‘volk zonder land’ kwam immers terecht in een ‘land zonder volk’.
Voorbeelden te over. Op enkele kilometers afstand van het Holocaustmonument Yad Vashem lag het Arabische dorp Deir Yassin waar in 1948 in koelen bloede honderden inwoners zijn vermoord door joodse terroristen. Meer dan 750.000 Palestijnen sloegen door het oorlogsgeweld op de vlucht en duizenden werden vermoord. De diaspora van de één heeft geleid tot de diaspora van de ander. Inmiddels wonen 4,5 miljoen Palestijnse vluchtelingen buiten Israël. Huizen van Arabische inwoners zijn ingenomen door joodse families. En Noord-Israël kent tal van dorpen die in de oorlog van 1948 zijn vernietigd of omgetoverd tot nationaal park of militair gebied, zonder dat de bewoners mochten terugkeren.
Israël is in 1948 gesticht als een veilige thuishaven voor de joden die eeuwenlang zijn vervolgd. Inmiddels zijn al drie generaties opgegroeid met het bewustzijn van het slachtofferschap. Een oud bijzonder hoogleraar Holocauststudies vertelde dat in Israël het besef pas langzaam doordringt dat het volk naast slachtoffer ook dader is. Dader ten opzichte van de Palestijnen. Dat besef, die schaduwkant, doet zeer in de collectieve identiteit.
Ontkenning van je schaduwzijde betekent verdringing van je ene helft van je persoonlijkheid ten opzichte van je andere ik. Die twee kanten kun je niet scheiden. Wie zijn schaduwkant ontkent, ontkent een deel van zichzelf, van zijn eigen ik. Een Israëlische psychologe meent dat dat nog te veel gebeurt. “Door het slachtofferschap te cultiveren hoef je de verantwoordelijkheid niet te nemen de ander als mens te zien. Je hoeft geen begrip te kweken voor de dader. Het ontslaat je van nadenken over de keuzes die jij als mens zou maken in een vergelijkbare situatie.”
Daarom mag de Arabische geschiedenis in Israël niet bestaan. “Dat doet zeer”, vertelt Mohammed, een Palestijnse restauranteigenaar in de kustplaats Akko. Na vijftien jaar zakendoen in de Verenigde Staten is hij teruggekeerd naar zijn geboortegrond. “Wij zijn buren, maar hebben geen rechten. Onze identiteit wordt ontkend. Ik word een Israëlische Arabier genoemd. Maar ik ben Palestijn.” Mijn joodse krantenverkoper vond dat de Arabieren het er zelf naar hebben gemaakt.
Wie zijn schaduwkant ontkent, wie zijn geschiedenis negeert, ontkent een deel van zichzelf. Zolang Israël zijn schaduwzijde niet accepteert in de collectieve identiteit, gelden de woorden van de vrouwelijke rabbijn Eveline Goodman-Thau: “Al die jaren hebben we de oorlog gewonnen, maar de vrede verloren. We kunnen de volgende generatie pas een goed historisch bewustzijn aanbieden als we erkennen dat we een gemeenschappelijke opdracht hebben”.
Eveline Goodman-Thau heeft als klein meisje ondergedoken gezeten in Hilversum en is nu professor in Jeruzalem. Een bewogen leven! Misschien dat zij iets van zichzelf herkent in Palestijnse meisjes bij de checkpoints of in Gaza. Zij lijkt mij een personage dat een bijdrage kan leveren aan een oplossing van het conflict.