Het paradijs is vanaf het begin al schurend geweest. De mens verbleef daar volgens de verhalen maar korte tijd, in harmonie levend met zijn omgeving, planten, bomen, dieren, én met zijn vrouw Eva. Alles was daar: een volmaakte omgeving. Dat was helaas van korte duur dankzij het verlangen van de mens naar kennis, maar eigenlijk was het een verlangen naar méér. Geen onbekend verschijnsel in deze tijd binnen de economie en de wereldpolitiek: meer winst, meer dividend, meer land, meer macht. Maar wanneer wordt ‘méér’ genoeg?
Dat verlangen van die eerste mensen werkte toen al desastreus uit: ze verloren contact met God, met het goddelijke. De engel Uriël zette hen het paradijs uit en ze moesten gaan zwoegen voor de kost en nageslacht. Door het verdwijnen van de mens verdween ook de harmonie in het paradijs. Zulke verhalen ontstaan nooit zomaar, kennelijk dienden ze lang geleden ook al als waarschuwing.
Ook in 2022 schuurt ons paradijs, deze wereld, zoals een nieuwe tentoonstelling in Kunsthal Kade (Amersfoort) zichtbaar maakt en vooral ervaarbaar. Twaalf jonge kunstenaars houden in Schurend paradijs de bezoeker telkens een spiegel voor, een die kritisch oproept tot verandering of een die laat zien hoe mooi ons paradijs soms nog net is, zoals het activistische landschapstapijt van twintig meter waarop kinderen op kousenvoetjes mogen lopen (van Alexandra Kehayoglu).
De tentoonstelling begint in de zaal waar grote varens – de oudste planten op deze planeet – als het ware door de tegels heen omhoog groeien als symbool voor de onstuitbare groeikracht van de aarde (LOLA Landscape Architects).
De schilderijen eromheen beelden duidelijk uit hoe die groeikracht bedreigd wordt, maar interessant wordt het wanneer we de kabinetten betreden met elk hun project daarin: zoals de installatie van Tanja Smeets (Onder het plaveisel wervelen de wortels), waarin alles knispert en langzaam beweegt; en een ruimte, ingericht door Maison the Faux waarin een triptiek ons confronteert met overvloed en overconsumptie waarin alles langzaam beschimmelt of zich opstapelt. Dat de meeste projecten in die ruimtes bewegen, geeft juist het proces van dreigende teloorgang van het paradijs weer. Als ik er binnenga word ik, of ik wil of niet, tot deelnemer van dat proces, omdat het raakt aan de keuzes die ik maak in mijn leven.
Wat helpt ons naar die broodnodige verandering? Herlezing van het Rapport van Rome, nu 50 jaar geleden, waarin alles over klimaatverandering al beschreven staat of bestudering van een nieuw IPCC rapport? Of het ongemakkelijke voornemen toch iets te veranderen in persoonlijke gewoontes of in het huishouden: te beginnen met een veranderdag? Zo’n Schurend paradijs vol kunstvormen houdt ons wel misschien wakker!