Waarom ben ik een van de goede? En wat maakt ‘de andere’, refererend aan Moslims of in sommige gevallen Marokkanen, dan slecht? Vaak komt daar geen duidelijke reden voor naar boven. Voor iemand met een andere afkomst is het lastig om te begrijpen waarom men denkt dat zulke opmerkingen ‘oké’ zijn en niet vallen onder discriminatie.
Hetzelfde geldt voor de vraag of ik ooit nog een hoofddoek wil dragen. Als ik dan aangeef dat ik hem inderdaad zou willen dragen, krijg ik vaak vragen als “Moet dat dan van je ouders?” of “Kies je daar nou echt zelf voor?” Ik vind het jammer dat het dragen van een hoofddoek door sommigen gezien wordt als een last op moslima’s. Van mijn omgeving heb ik ook weleens gehoord dat die meiden opmerkingen krijgen in bijvoorbeeld de supermarkt met de vraag of ze het dan toch niet zo ontzettend warm heeft ‘met zo’n ding op’.
Gelukkig heb ik ook veel mooie gesprekken mogen voeren met mensen die het juist bijzonder en inspirerend vinden, of met mensen die daadwerkelijk nieuwsgierig waren en oprecht geïnteresseerd zijn in het onderwerp. Daar raak ik alleen maar gemotiveerd van. Ik vind het mooi om te zien dat er aan de andere kant dan juist weer meer respect en acceptatie komt voor het geloof. Uiteindelijk moeten we iedereens keuze voor geloofsovertuiging kunnen respecteren. Op zo’n moment merk je juist dat er prachtige dingen groeien.
Deze opinie verscheen onlangs in De Linker Wang.
