Een onzinnige vraag, maar niet voor de Joodse dichteres Hilde Domin, die leefde van 1909 tot 2006. Zij had, zo kun je wel stellen, een ruime tijd van leven om die vraag te kunnen beantwoorden en dat deed ze ook, telkens weer, in haar werk. ‘Ich setzte den Fuss in die Luft, und sie trug.’
Nu de aarde beeft op allerlei plaatsen en de uitspraak van kapitein Haddock ‘Duizend bommen en granaten!’ geen grappige striptekst meer is maar op allerlei plaatsen een angstige realiteit wordt, waarop en op wie kun je dan nog vertrouwen? En wie kan je leren met die omstandigheden om te gaan? Die vragen gelden nu zeker voor de Oekraïners, de rouwende Palestijnse en Israëlische burgers, die het oorlogsgeweld ontvluchten waar ze meestal zelf niet voor gekozen hebben. En het geldt, in mindere mate weliswaar, ook voor ons die meestal de rol van machteloze toeschouwers hebben.
Misschien is een antwoord te zoeken bij ervaringsdeskundigen of moet je zulke mensen ervaringskunstenaars noemen? Hilde Domin vluchtte vaak in haar leven en was vreemdeling op de plekken waar ze haar toevlucht zocht. Ze verbleef 20 jaar in ballingschap voor ze naar Duitsland terugkeerde. In een brief aan haar broer schreef de Joodse dichteres toen deze korte tekst die later het motto van een dichtbundel werd: ‘Ich setzte den Fuss in die Luft, und sie trug.’
Een gedicht of gedachte in tien woorden, meer is het niet. Gaan deze woorden nu over wanhoop of vertrouwen? Hoe wanhopig moet je zijn voor een eerste stap, ook wel omschreven als een stap in het niets zetten of in den blinde. Kan lucht je dan dragen? Je moet wel ver heen zijn om met je voet een steunpunt in de lucht te zoeken, zal een nuchter mens zeggen. Toch schrijft Hilde Domin dat zo op.
Soms is er ook niet meer mogelijk dan dat: kijk maar naar de Palestijnen die naar het zuiden van Gaza moeten vluchten zonder de zekerheid dat daar niet gebombardeerd zal worden. Dat wordt ook wel genoemd: het Trotzdem-Vertrauen. Dat kun je vertalen met ‘vertrouwen ondanks alles, tegen de keer in’. Betekent dit nu dat alles bekeken wordt vanuit de gemakkelijke gedachte ‘wie weet komt het goed? Bepaald niet. De toevoeging ondanks alles geeft al aan dat de harde realiteit van deze wereld waarin mensen in vrede proberen te leven hun bekend is en ook zo door hen ervaren wordt. Ondanks alles zetten mensen stappen, gaan op weg, stellen hun vertrouwen in God, in gebed, in het lot en in elkaar, ze kunnen vaak niet anders.
Toch geeft Hilde Domin nog een aanwijzing in dezelfde bundel (Nür eine Rose als Stütze):
(…)
Mir schwindelt. Ich schlafe nicht ein.
Meine Hand
greift nach einem Halt und findet
nur eine Rose als Stütze.
Alleen een roos als steun: is het dan toch uiteindelijk de liefde die vertrouwen geeft? De liefde van iemand die te hulp schiet, die zijn stem kritisch verheft, die zijn brood deelt, die een kind troost, die minstens één mens redt, en daarmee misschien ooit de wereld…?
Deze tekst is oorspronkelijk gepubliceerd op 22 oktober 2023 en opnieuw geplaatst in het kader van de Nieuw Wij Zomerherhalingen,