Er zijn uiteraard studies geschreven over het lachen, zoals het boek Le Rire van Henri Bergson. Opgemerkt wordt dat bij hard lachen de tanden zichtbaar worden. Bij het lachen horen geluiden van korte staccato-klanken die vaak onderbroken worden door het abrupt afbreken van de stembanden: ha, ha, ha. Volgens mij is lachen oorspronkelijk een uitlachen. Hoewel Bergson het niet met zoveel woorden zegt, denk ik dat het lachen zijn oorsprong heeft in het uitdrijven van de zondebok. Iemand wordt aangewezen als de schuldige van de conflictueuze of spannende situatie die in de groep is ontstaan. Vervolgens wordt de ‘schuldige’ uit de groep gejaagd. Het uitdrijven en het later praten over de uitgedrevene schept een sterke onderlinge band, bevordert de samenhang van de groep, schept een ‘wij’. De ontblote tanden, bereid om toe te slaan, het staccato-geluid passen hierbij. Het lachen is nu vaak een minder gewelddadige vorm van uitdrijven: iemand wordt uitgelachen, voor gek gezet. Maar het kan nog steeds uiterst pijnlijk zijn uitgelachen te worden.

Het gevaar uitgelachen te worden loopt ieder mens. Iedere groep kent spanningen en iedereen probeert binnenboord te blijven. Je bent blij als niet jij, maar iemand anders voorwerp van de lachsalvo’s wordt. Je lichamelijke ‘gebreken’ of bijzonderheden, je afwijkend gedrag en het niet kunnen verrichten van bepaalde opgaven kunnen allemaal aanleidingen zijn om uitgelachen te worden. Als je uitgelachen wordt, voel je je alleen staan tegenover de groep. Maar vaak kun je je weer bij de groep aansluiten of door de groep worden opgenomen door zelf mee te lachen. Zelfspot is een manier om te voorkomen dat je uitgelachen wordt; je lacht om jezelf en anderen sluiten zich daarbij aan, maar omdat je zelf begonnen bent en over jezelf lacht heb je niet het gevoel dat je uit de groep wordt gedreven. Integendeel, je versterkt de groepscohesie ermee. Je bevestigt het lidmaatschap van de groep. Het is zelfs mogelijk lid te worden van een al bestaande groep door om jezelf te lachen, over jezelf te spotten en over de voor jou nieuwe groep. Groepen hebben vaak hun eigen vorm van humor. Clowns spelen steeds op de rand van het uitdrijvingsmechanisme. Ze maken zichzelf belachelijk en daarom is het ook niet zo erg door hen belachelijk gemaakt te worden. Je wordt eerder een held.

Het lachen en de humor vervangen het feitelijke uitdrijven. Ze worden een ritueel en vervolgens een spel, maar zo bevorderen ze wel de onderlinge betrokkenheid van de leden van de groep. De glimlach verwelkomt je in de groep. Je wordt een bondgenoot – het effect is hier het omgekeerde van de uitdrijving. Dit soort humor waarderen we vaak als gezond. Maar elk moment kan het vrolijke lachen omslaan in een pijnlijk uitlachen en uitdrijven.

De vroege monniken hadden wel een beetje gelijk met het verbod te lachen. Ze hadden in elk geval het vermoeden dat lachen een serieuze zaak kan zijn. Jezus lacht niemand uit. Maar er is wel veel humor in zijn optredens en uitspraken. Ik denk aan de ‘paradoxen’ in de Bergrede: hoe je je tegenstander kan verschalken door het onverwachte te doen en behalve je jas ook je hemd aan te bieden. Ook hij speelt met de grenzen van de groep. Hij is soms clownesk.

lascaris

André Lascaris

Dominicaan en publicist

André Lascaris werd geboren op 29 augustus 1939. Hij deed zijn professie op 18 september 1959 en werd priester gewijd op 22 juli 1965. Hij …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.