Kun jij je een moment herinneren, waarop je voor het eerst een gedachte had of observatie die buiten jezelf om ging? Iets dat ineens opviel? Een jong kind leeft bij normaal opgroeien in een wereld die louter om hem- of haarzelf draait. Dat is gelukkig vaak een ‘heile Welt’. Inbreuken daarop van buiten door verdriet, angst of geweld dragen mensen vaak een leven met zich mee. Zo’n gebeurtenis etst zich in de (kinder)ziel. Daarom is het goed je te realiseren wat een vluchtelingkind of een gekwetst kind soms met zich meedraagt.
Het normale kinderwezen is meestal naar binnen gericht, naar de eigen belevingswereld van warm, koud, honger, vreugde. Op de kleuterschool gaat het kind leren dat het ik ook met een ander te maken heeft, dat die ander ook in de poppenhoek wil en dat niet iedereen tegelijk de felbegeerde schep kan gebruiken. Zo begint een levenslang socialiseringsproces, de reis van de ander en ik. In een steeds veranderende werkelijkheid.
Laatst vond ik een gedichtje terug, dat ik als kind schreef, getiteld De handdoeken hangen aan de lijn. Bepaald geen schokkende ervaring dus, maar wel een waar ik me nog steeds iets van herinner: ineens zag ík toen de handdoeken hangen, beschenen door het zonlicht, lichtjes bewegend in de zomerwind. Dat was iets buiten mij, dat zelfstandig bestond. Een eigen observatie… Ik ervoer er een gevoel van schoonheid bij, van iets dat goed was.
In 1976 verscheen Moments of being, postuum uitgegeven essays van Virginia Woolf, door Quinten Bell teruggevonden bij de papieren van haar man Lennard Woolf. De titel gaat terug op een citaat uit een essay van haar: ‘Moments of being zijn momenten waarin een individu een gevoel van werkelijkheid ervaart in contrast met de staat van niet-zijn, dat het grootste deel van het leven van een individu beheerst, waarin we van de realiteit gescheiden zijn door een afschermende laag.’
Hoe zou je die titel vertalen? Dat is niet eenvoudig. Hij kreeg in een Nederlandse uitgave de titel Wezenlijke momenten, wat het precies niet is. Het gaat om het zijn of beter gezegd het zijnde (being). In het zijn zíjn, zelf iets bewust zien en daarover nadenken. Een doorgaande zijnservaring die in een kort moment ineens beseft wordt, eigenlijk een paradox dus. Moments of being kun je misschien vertalen met Ogenblikken van zíjn. Zien zit er dan ook in.
Zulke momenten vallen anderen meestal niet op, maar zijn bijzonder voor degene die het overkomt: ‘Ineens overviel mij op die brug een geluksgevoel’ of ‘Toen ik het zonlicht op de bergen zag, voelde ik ondanks alles: ik leef.’ Alsof ‘n zwart-witfilm ineens in kleur overgaat. Vaak zijn het dragende ervaringen, die het leven opnieuw betekenis geven. Het komt erop aan die momenten bewust te zien, te onthouden en te heiligen want het zijn Moments of being.