Er lopen scheuren diep in de aarde die veroorzaakt worden doordat schollen op elkaar botsen en een nieuwe rustplaats zoeken. Er loopt een scheur in de prachtige staat Californië en er loopt een andere in Turkije: de kerk. De Aya Sophia uit de zesde eeuw, is gebouwd op een dergelijke breuklijn. Er zijn er nog veel meer. De aardbeving is een natuurverschijnsel, is even onvoorspelbaar als het weer. Het bedreigt mensen, vele mensen. De tsunami is een andere bedreiging, een gevolg van een zeebeving. We leven als het ware op een vulkaan die ieder moment kan uitbarsten. Wanneer mensen over hun toekomst praten – en dat gebeurt niet alleen in kringen van extreme sekten, maar ook in die van natuurwetenschappers – zijn ze vaak pessimistisch. Ze verwachten de ondergang van onze wereld door een natuurverschijnsel, bijvoorbeeld een botsing met een ander hemellichaam, of door oorlogen waarbij het gebruik van nucleaire wapens niet vermeden wordt.
Van oudsher maakte men een duidelijk onderscheid tussen natuurverschijnselen en oorlog. Naast oorlog zijn er ook de technologische en industriële ongelukken. Oorlog is mensenwerk. Je hebt dit verschijnsel meer in de hand, althans dat denk je. In werkelijkheid blijkt een oorlog niet erg beheersbaar te zijn. Het weer kan verhinderen dat vliegtuigen ingezet worden. Het Ardennenoffensief in 1944-1945 is daarvan een voorbeeld. Het weer is een natuurverschijnsel. Het is onberekenbaar. Het gaat zijn eigen gang en houdt geen rekening met de verlangens van de mensen. Ongelukken met machines en techniek berusten op menselijke fouten.
Groningen is een van de talrijk wordende voorbeelden die het heldere onderscheid tussen natuurverschijnsel onder druk zet. De aardschokken zijn een natuurverschijnsel, maar worden opgeroepen door menselijk handelen. We komen er achter dat ook het weer wordt beïnvloed door menselijk handelen. Je zou kunnen zeggen dat dit de niet bedoelde schade is van de eis van voortdurende economische groei. Die schade zal het eerst duidelijk zichtbaar worden in het uitdrogen van rivieren, beken, putten. Mensen hebben op een gereven moment geen andere keuze dan weg te trekken uit de nieuwe woestijnen en naar het noorden te gaan. Deze uittocht is al begonnen, maar wordt nog verborgen door de gewapende strijd die het verlangen van velen naar een ander woongebied oproept.
Het verdwijnen van het onderscheid tussen oorlog en industriële ongelukken wordt bevestigd doordat de nucleaire ramp in Japan op 11 maart 2011, gevolg van een menselijke fout – men had onvoldoende rekening gehouden met de hoogte van de tsunami, – door sommige Japanners als een tweede nucleaire ramp gezien werd. De eerste was de atoombom op Hiroshima en Nagasaki. De overlevenden daarvan voeden geen haat tegen de mensen die deze ramp hadden veroorzaakt. Zij zagen het als een natuurverschijnsel, als een tsunami.
Het verdwijnen van het onderscheid tussen een natuurverschijnsel en menselijk handelen maakt de chaos, die er in onze wereld dreigt te komen, groter. Het maakt eveneens onze verantwoordelijkheid groter. Wij maken deel uit van de natuur. Deze participeert in ons ‘wij’. Ons ‘wij’ is groter dan wij vaak denken.