Inge Neefs engageert zich met het lot van de ingesloten en onderdrukte inwoners van deze smalle kuststrook. Want, zoals zij in haar inleiding de schrijver Arundhati Roy citeert: “De moeilijkheid is dat zodra je het gezien hebt, je het niet kan on-zien” (16). Ze draagt Gaza op haar hoofd (een Arabische uitdrukking om aan te geven wat je belangrijk vindt).

Sinds het Israëlische leger in 2005 Gaza heeft verlaten, wordt dit deel van Palestina feitelijk in een isolement gehouden. Goederen worden spaarzaam toegelaten, personenverkeer is slechts mogelijk via een absurdistisch spel in een desolaat grensgebied. Dan nog is men volledig overgeleverd aan de grillen van de Israëli’s. Bovendien vinden er regelmatig beschietingen plaats, die de nodige slachtoffers maken onder de burgerbevolking. Voortdurend is het gezoem van drones te horen, die zorgen voor een permanente sfeer van dreiging. Eind 2008 en begin 2009 voerde het Israëlische leger drie weken oorlog ten koste van honderden doden en werd Gaza zwaar beschadigd.

Inge Neefs verbleef ruim een jaar in Gaza en laat de lezers kennismaken met het uitzonderlijke leven van gewone mensen in een gebied, waar ondanks alle ellende en uitzichtloosheid ook schoonheid en levenslust te vinden is. Ze geeft de verhalen van verschillende mensen onopgesmukt en zonder commentaar door. Als lezer word je geraakt door de vitaliteit van de geportretteerde Palestijnen, hun veerkracht en vindingrijkheid. Maar wat overheerst is toch de indruk van een ‘surreële werkelijkheid’ (194) waarin men probeert te overleven te midden van het onvoorspelbare en bij wijlen onvoorstelbare.

Zijn de gevolgen van de Israëlische politiek desastreus, helemaal deprimerend is het om te lezen hoe de eigen Palestijnse politici zelfbelang en vriendjespolitiek laten prevaleren boven inzet voor hun volksgenoten. Beide politieke partijen, zowel Fatah als Hamas, maken zich daar schuldig aan. Je vraagt je af waar de inwoners van Gaza hun hoop aan zouden moeten ontlenen. Te meer omdat de internationale gemeenschap zich nauwelijks bekommert om hun lot, spaarzame momenten van verontwaardiging daargelaten, als Gaza kortstondig het wereldnieuws haalt.

Het is een frustratie die bij Neefs op een gegeven moment de overhand krijgt. In de eerste hoofdstukken van haar vlot geschreven boek is er meer ruimte voor de lichte, humorvolle en bij wijlen groteske kant van het leven in Gaza. Maar gaandeweg dringt de waanzin en de uitzichtloosheid van de politieke situatie door en wordt haar toon grimmiger. Zo schrijft ze naar aanleiding van een dodelijke beschieting van een stel voetballende kinderen: “Dit moet ‘de wereld’ weten en voelen. Hier kan ‘men’ toch niet langer onverschillig bij blijven?” om even later te verzuchten: “Dus fluister ik door het gegons dat ik probeer te overstemmen. Ik schrijf. Maar het gegons nestelt zich zelfs in mijn hoofd waar het vervelend vraagt: ‘Wat haalt het uit?'” (174 en 175).

Gaza-op-mijn-hoofd-2
Beeld door: Bol.com

Een vergelijkbaar gevoel van onmacht klinkt op in haar relaas, aan het einde van het boek, hoe ze terug in België uitgenodigd werd om in een TV-show iets over Gaza te vertellen, maar merkte hoe ze vermalen werd in het door de redactie bedachte format. Het échte verhaal kon ze zo niet doen.

Maar wat is écht? Neefs ergert zich aan de zogenaamde neutrale benadering van het conflict in Gaza, “… alsof het gaat om twee gelijke partijen die elkaar met dezelfde macht en kracht bekampen. Alsof ook Palestijnen de Israëli’s van hun land verdreven, alsof Palestijnen Israël bezetten om er kolonies, segregatiemuren en ‘apartheidswegen’ te bouwen … Alsof Palestijnen de Israëlische economie wurgen door het gebied af te zetten met een blokkade en alle goederenexport tegen te houden… ” enz. (235). Het is duidelijk waar haar loyaliteit naar uit gaat.

Toch mis je een reflectie op de situatie vanuit Israëlisch perspectief. Wat is de ratio achter hun politiek? Is dat alleen maar pure slechtheid?

Neefs kent geen twijfel. “Het is de geperverteerde presentatie van het Palestijns-Israëlisch conflict die me ertoe aangezet heeft om zelf te schrijven”, schrijft ze (253). En dat doet ze met dit boek met verve. Maar, of het helpt? Aan het engagement van Inge Neefs zal het niet liggen.

Al met al een indringend boek over een trieste strook aarde waar mensen niettemin trachten te leven en te overleven. Een boek dat je niet onbewogen laat.

Voor boekgegevens: klik hier.

bert altena 2024 – kopie

Bert Altena

Predikant

Bert Altena (1963) is als predikant werkzaam in de Protestantse Gemeente Oost-Groningen. Hij promoveerde in de theologie en geeft …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.