Deze overtuiging vormt de motor achter het boekje Ongelofelijk, waarin Zonderop de comeback van religie beschrijft. Het is de vrucht van een journalistiek project. Eerder schreef ze een aantal artikelen over dit thema in De Groene Amsterdammer die voor een deel in bewerkte vorm hier terug te vinden zijn.
Wat verloren is gegaan, is volgens Zonderop het samenbindende aspect. Religie is een sociaal bindmiddel dat kan beknellen – dat was de ervaring van degenen die vijftig jaar geleden zich bevrijdden van de kerk – maar ook kan dienen als sociale smeerolie, en dat laatste hebben we in onze verwarrende tijden meer dan ooit nodig.
Daarnaast vertelt religie een verhaal dat groter is dan jouw eigen perspectief op de werkelijkheid. Het biedt je een traditie waarin je kunt wortelen en een blik op de toekomst waaraan je een grotere bedoeling kunt ontlenen.
Verder zorgt religie of meer in het bijzonder de kerk voor een waardegemeenschap die garant staat voor belangrijke culturele verworvenheden.
Dat alles met elkaar maakt dat Zonderop meer waardering voor religie heeft gekregen en een pleidooi voert om haar weer de aandacht te geven die ze verdient. “Mijn begrip van wat religie met mensen kan doen, is gaandeweg gegroeid. Ik ben veranderd van afwijzend, via ongeïnteresseerd naar onderzoekend” (p. 21).
Met die onderzoekende en journalistieke geest verkent Zonderop de diverse aspecten van religie. Hoe religie hardnekkiger blijkt te zijn dan we dachten. Religie sterft niet uit, integendeel, overal ter wereld is er sprake van een religieuze revival. De radicale secularisatie van Nederland confronteert ons nu met “een morele leegte” (p. 49). In het politieke debat is er een discussie over ‘de joods-christelijke erfenis’, die exemplarisch is voor de morele verwarring. “De liberale utopie heeft ons veel vrijheid opgeleverd, maar ze is een beetje doorgeslagen” (p. 117). We moeten af van de koudwatervrees van veel politici en bestuurders voor de kerk en kerkelijke of religies geïnspireerde activiteiten. Zij bieden juist het cement voor onze samenleving.
In haar slothoofdstuk pleit Zonderop ervoor dat we ons rekenschap blijven geven van ons christelijk verleden waaraan we onze cultuur en waardepatroon ontlenen. Deze waarden zijn volgens haar “het idee dat ieder mens evenveel waard is”, “het inzicht dat we jegens elkaar een zekere verantwoordelijkheid hebben” en de “aandacht voor het spirituele element in ons leven” (p. 163).
Ongelofelijk is een aardig boekje waarin je in rap tempo wordt bijgepraat over de ontwikkelingen van de afgelopen decennia. Het zoomt niet in, maar geeft een overall view. Zonderop blijft zelf op gepaste afstand van haar onderzoeksobject. Ze verklaart zichzelf tot ‘cultuurchristen’ die kerk en religie met een zekere sympathie beschouwt maar haar vingers zelf niet wil branden aan het geloof. Dat is haar goed recht. Het is al prettig genoeg om iets te lezen over kerk en religie zonder boosaardige vooringenomenheid, maar een persoonlijker zoektocht had haar boek ongetwijfeld spannender gemaakt.
Voor meer informatie of om dit boek te bestellen: klik hier.