Terwijl ik voor de broccoli sta, hoor ik een plofje en rollen twee knoflookbolletjes voor mijn voeten langs. Broccoli en knoflook vind ik geen lekkere combinatie en terwijl ik kijk waar die knoflook vandaan komt, draait een man zich om en raapt de knoflook op. Behoedzaam legt hij het terug op de enorme berg knoflook en terwijl ik langs hem heen loop richting de rode bieten zegt hij: “Jammer dat er zwaartekracht is.”

“Ha, ha, het zou veel fijner zijn als we in het heelal zouden zijn.” reageer ik. De man kijkt me aan, lacht en zegt: “Ja, dan zouden we de knoflook zo uit de lucht kunnen pakken en de pompoen…” Zijn handen maken een grijpbeweging boven zijn hoofd.

Ik vervolg mijn weg richting de vegetarische producten. Voor dit vak sta ik altijd het langst te dubben. Ik ijsbeer langs het vak heen en weer. Maar dit keer ben ik niet de enige. Er is nog een man van in de zestig met een hoofddeksel zoals ze in Marokko dragen. We bewegen langs elkaar heen, excuses mompelend als we elkaar per ongeluk aanraken. Ach, samenleven vraagt af en toe een beetje inschikken. Het lukt ons prima.

Na eindelijk mijn keus gemaakt te hebben, loop ik verder naar de blikken vis. Ook hier sta ik te twijfelen. Tonijn of zalm? Er staat nog een andere man. Ook hij is aan het twijfelen. We kijken elkaar aan en toen stonden we opeens samen te twijfelen. “Moeilijk hè, kiezen”, zegt hij accentloos, “tonijn in water, tonijn in olie, zalm.” Ik knik en zak ondertussen door mijn knieën om zalm te pakken.

“Wat betekent moot?” hoor ik boven mijn hoofd. “Hè”, denk ik, “’moot’, dat woord kent iedereen toch?” Ik kijk omhoog naar mijn twijfelpartner. Hij kijkt me met gefronste wenkbrauwen aan. Ik leg hem uit dit een ‘stukje’ betekent. “’Tonijnmoten’ betekent dus stukken tonijn.” Ik verduidelijk het met handgebaren. Hij lijkt het te snappen en ik kijk weer naar de blikken zalm.

Dan zegt hij wijzend naar de tonijnmoten “Dus moot is zalm?” “Euh, nee”. Ik kom omhoog en wijs het woord aan. “Tonijnmoot: ’tonijn’, de vis, en ‘moot’, het stuk. Kijk, daar staat de zalm.” “A, dus moot is een stukje… Hoe groot is een moot?” “Zo groot als het blikje”. “Aha. Dank je wel! Ik begrijp het!”

Terwijl ik mijn weg vervolg, zijn mijn gedachten nog bij het visschap. Was dit nu een nieuwe Nederlander, een analfabeet of iemand met gewoon een kleine woordenschat? Ik weet het niet. Maar ach, de vraag doet er niet toe. Met deze taalles heb ik iemand verder geholpen en een stukje gelukkiger gemaakt. Dat is genoeg.

En nadat ik heb afgerekend, loop ik langs de Turkse slager terug naar huis en groet onderweg een vrouw met hoofddoekje.

Dit is het tweede deel in de serie “Blonde meid integreert in multicultiflat.” Eerder verscheen in deze serie “VerhuisHULP”.

Tanja van Hummel

Tanja van Hummel

Filosoof en Schrijfcoach

Tanja van Hummel is filosoof en schrijfcoach. Tijdens haar filosofiestudie aan de Radboud Universiteit ontdekte zij een voorliefde voor …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.