Door mijn meer dan 30-jarige verbintenis met een dame die oorspronkelijk afkomstig is uit een onze voormalige koloniën, kan ik, een blanke in Nederland geboren man, hierover meepraten. Ik geef een paar voorbeelden:

  • Fietsend door het centrum van Hilversum te worden uitgescholden voor een vorm van het ‘n-woord’.
  • Haar creditcard die niet wordt geaccepteerd bij de aankoop van een jurk in een chique modezaak.
  • Uitgenodigd te zijn op een feestje als ‘echtgenote van’ en begroet te worden met ‘Wie bent u? Wie heeft u uitgenodigd?
  • Een medisch specialist die zich over het hoofd van zijn patiënte uitsluitend tot haar blanke man richt over de te volgen behandeling.

In bovenstaande gevallen gaat het om het gedrag van individuen, maar ook met de Nederlandse overheid krijg je als gekleurde persoon het nodige te stellen. Ik noem twee gevallen:

  • Een neefje uit de Antillen komt in Nederland studeren en meldt zich samen met zijn blanke oom bij de burgerlijke stand van de gemeente Hilversum om zich te laten inschrijven (Antillianen hebben de Nederlandse nationaliteit). Terwijl wij staan te wachten in de rij voor het loket, roept een ambtenaar van achter zijn bureau met luide stem: ‘Surinamers, die komen er niet meer in!’
  • Echtgenote komt aan op Schiphol na een familiebezoek op St. Maarten, de dienstdoende douanebeambte bekijkt haar rode Nederlandse paspoort dast is uitgegeven door de gemeente Huizen en vraagt: ‘Wat kom je hier doen? Hoe lang blijf je?’

Omgekeerde discriminatie

Dan is er nog een andere vorm van typisch Nederlands racisme en dat is wat ik maar even ‘omgekeerde discriminatie’ zal noemen. Mijn echtgenote was als onderwijsspecialist verbonden aan verschillende scholen. Doorgaans wordt zij met groot enthousiasme door de lerarenkorpsen binnengehaald. Leuk hoor zo’n donkere collega! ‘Wat een prachtig haar hebben jullie toch’, ‘je kan vast heel goed dansen’ en ‘die man van jou boft toch maar met een vrouw die vast heerlijk kan koken!’ zijn enkele van de goedbedoelde opmerkingen die zij dan te horen krijgt. Racisme? Daar moet het onderwijs niets van hebben! Dat de collega in kwestie op deze manier door de school wordt gezien als een exotische trofee, ontgaat de tolerante docenten.

Ook in de media zien we, zeker in deze laatste verhitte en gepolariseerde weken, een overdreven tolerantie tegenover gekleurde personen. De populaire rapper Akwasi is te gast bij onze collega’s van het dagelijkse televisieprogramma M. Een uitspraak van hem tijdens de inmiddels roemruchte antiracisme- demonstratie op de Amsterdamse Dam wordt door presentatrice Margriet van der Linden ter sprake gebracht. Tijdens de demonstratie sluit een emotionele Akwasi zijn speech af met: ‘op het moment als ik in november Zwarte Piet zie, trap ik hoogstpersoonlijk op zijn gezicht’.

Van der Linden legt de kijker eerst uit dat dat het gewraakte slotfragment van Akwasi’s toespraak door de website Geen Stijl is gepubliceerd. Alsof ze wil zeggen: het is dat nare Geen Stijl dat je wil belasteren. Feit is dat Akwasi deze woorden zo heeft gesproken op een overvolle Dam en dat deze verre van vredelievend zijn. In het programma licht de rapper zijn woorden toe. Samengevat: hij houdt niet van geweld en zal nooit iemand iets aandoen, ook Zwarte Piet niet. Een sterk verweer is het niet, maar voor de presentatrice is de kous al af. ‘Helder’, zo besluit ze het onderwerp.

Steuntje in de rug

De presentatrice toont hiermee een bovenmatig begrip voor de motieven van Akwasi en neemt genoegen met een vaag en onbeduidend antwoord over de heikele kwestie. Hier zien we dezelfde zogenaamde verdraagzaamheid als op de scholen van mijn echtgenote. Vermoedelijk doosbenauwd om voor racistisch te worden aangezien, wordt de gekleurde persoon in kwestie door Margriet behandeld als de exotische trofee die niet serieus genomen hoeft te worden. Als ze Akwasi werkelijk als gelijkwaardig beschouwt, zou ze hem op journalistieke wijze het vuur na aan de schenen hebben gelegd over een misschien begrijpelijke, maar tegelijk bedenkelijke uitspraak die delen van Nederland inmiddels in beroering heeft gebracht. Maar dat doet ze niet, vindt ze wellicht dat hij vanwege zijn huidskleur wel een steuntje in de rug heeft verdiend?

Hoe groot de daadwerkelijke tolerantie bij sommige goedbedoelende antiracisten is, heeft mijn echtgenote meermaals ervaren. Op de dag na de verkiezingen wordt op school bij de koffie standaard het stemgedrag van de collega’s besproken. Rita: GroenLinks, Bert: PvdA, Heleen: PvdA, Jos: GroenLinks, enz. Totdat de beurt is aan mijn echtgenote: CDA. Maar dat is dus niet de bedoeling. CDA? Hoe kan dat nou? Meen je dat werkelijk? Dat komt zeker door die rechtse man van je!

Kortom, een gekleurde collega in het team is heel fijn, maar de donkere persoon moet zich wel gedragen volgens de codes die de blanke ontvangende omgeving heeft geformuleerd. Zo niet, dan wordt het gevestigde beeld – goed dansen, lekker koken – doorbroken en dat is niet de bedoeling. Maar hadden we niet met elkaar afgesproken: Black Lives Matter?

U kunt gratis verder lezen

Klik deze melding weg via het kruisje. Maar goede artikelen schrijven kost geld. Steun daarom onze schrijvers en word al vanaf € 5 per maand Vriend/in van Nieuw Wij.

Ik lees eerst het artikel verder.
RT.160822._I1C1887

Alfred Edelstein

Eindredacteur Joodse Programmering

Alfred Edelstein is eindredacteur Joodse Programmering EO.
Profiel-pagina
Al 3 reacties — praat mee.