Vernieuwen kan op twee manieren. De meest voor de hand liggende is dat je het oude weggooit en er iets nieuws voor in de plaats zet. Zo doe je dat met bloemen, die verwelken. Na een week koop je nieuwe. Maar een andere manier is om het oude te herschikken of op te schudden. Zo doe je dat met bomen: je snoeit ze zonder ze om te hakken. In onze wegwerpmaatschappij staat ‘vernieuwen’ vaak voor het eerste. Maar oude (religieuze) tradities kozen voor het tweede.

De islam is daarin niet anders. Het specifieke woord uit het islamitische denken dat staat voor vernieuwing is bidʿa – en het heeft geen positieve connotatie. Bidʿa is ketterij, het is van iets on-islamitisch zeggen dat het islamitisch is. Bidʿa is zo‘n woord dat als dreigement wordt ingebracht om een discussie in de kiem te smoren, terwijl het eigenlijk gewoon betekent: ‘iets nieuws introduceren’. Het is duidelijk. Als het gaat om de kern van wat de islam als religie te bieden heeft, is grondige vernieuwing niet aan de orde.

Dat wil niet zeggen dat de islam zich niet vernieuwt. Het meest gebruikte woord om dit aan te duiden is iḥyāʾ: doen herleven. Ken je die truc om oud brood nat te maken en daarna in de oven te stoppen? Het lijkt er wel als nieuw uit te komen! Dat is wat iḥyāʾ: is. Het oude brood was doods en oneetbaar. Na wat water en hitte is het levend en lekker.

iḥyāʾ – die term zal veel moslims doen denken aan iḥyāʾ ʿulūm al-dīn: de titel van een veertigdelig boek van al-Ghazali: De herleving van de religieuze wetenschappen. Het is één van de meest invloedrijke werken binnen de islam. Zo’n duizend jaar geleden gaf de filosoof, theoloog en mysticus Ghazali de islam zo’n geweldige optater dat die tot op de dag van vandaag nog nadreunt. Niet voor niets wordt hij de belangrijkste moslim na Mohammed genoemd. Wie de islam zou willen vernieuwen, doet er goed aan om te beginnen bij Ghazali.

Abu Hamid al-Ghazali werd geboren rond het jaar 1056 in Toes, in het Oosten van Iran op het grensgebied met het huidige Afghanistan. Hij was zo’n 35 jaar toen hij promoveerde naar de beste baan in het Seldjoekse rijk: professor op de Nizamiyya Universiteit in Bagdad en topadviseur van de sultan. Er gaan verhalen dat hij honderden studenten wist te boeien met zijn lessen over theologie en (islamitische) wetsgeleerdheid.

Ghazali was een machtig man. Niet alleen in de posities die hij bekleedde, maar ook het intellectueel vermogen dat hij had. De een na de andere klassieker schreef hij, en bijna allemaal waren ze ter verdediging van orthodoxe soennitische islam. Met zijn pen bestreed hij iedereen die hij betichtte van rucksigtlose vernieuwing. De ene tegenstander wilde teveel op zijn verstand af gaan (filosofische wetenschappers), de ander hing zijn overtuiging juist teveel af van een autoriteit (de ismaëlieten, een sji’ietische sekte die machtig was in die tijd). Om een robuust tegengeluid te laten horen wijde hij al zijn vrije tijd aan de studie, bijvoorbeeld van de in zijn tijd populaire Griekse filosofie. Dankzij zijn onvermoeibare kritische houding werd Ghazali zelf tot een van de belangrijkste filosofen uit de islamitische geschiedenis.

Ghazali was daardoor ook een trots man. Hij was ervan overtuigd het bij het rechte eind te hebben en alle wereldse successen bevestigden hem hierin. En toch. Toch knaagde het ergens. In zijn autobiografie Verlost van onzin beschrijft hij zijn weifelende zoektocht. Wat was nou precies zijn fundament van zekerheid? Een groeiend ongemak bekroop hem en nam zulke proporties aan dat hij letterlijk niet meer kon eten, niet meer kon praten. Hij was met stomheid geslagen:

“Ik besefte dat ik mij in spiritueel opzicht op een afbrokkelende rand van een oever bevond, en dat ik rechtstreeks afging op het hellevuur als ik mijn leven niet zou beteren. Ik bleef hier lang over nadenken, omdat ik niet wist wat ik moest doen. De ene dag wist ik het zeker: ik moest vertrekken uit Bagdad en het leven dat ik daar leidde de rug toekeren. Maar de volgende dag kwam ik weer terug op die gedachte.”

De ommekeer die Ghazali uiteindelijk zou gaan maken, zou een belangrijke ommekeer voor de islam betekenen. Zichzelf uitvinden leverde een herleving voor de islam op. Toen alle twijfel hem uiteindelijk teveel werd, sloop hij op een nacht de poorten van Bagdad uit, richting Damascus en Jeruzalem, begon hij aan een fysieke en spirituele reis.

Nadat hij iedereen die afdeed aan soennitische islam jarenlang bekritiseerd had, richtte hij zijn pijlen op zichzelf. En daarmee ook op de soennitische islam. De islam, zo vond hij, was teveel gericht geraakt op de regels. Wat doen alle voorschriften voor goeds als de intentie ontbreekt? Ghazali was in alle regels en voorschriften zichzelf kwijtgeraakt. Zijn spirituele reis, was een herijking.

De inzet was voor Ghazali helder: het hiernamaals was het ankerpunt van zijn onderneming. En de weg ernaar toe, zo dacht hij, bestaat bij een betere balans tussen de drie aspecten van religie: kennis, handelen, ervaren; theologie, jurisprudentie, mystiek; hoofd, tong, hart; logica, openbaring, gebed.

Na jaren van een zwervend bestaan kwam hij weer terug in de openbaarheid. Hij deed Bagdad aan en verblufte iedereen met zijn nieuwste werk, het eerder genoemde De herleving van de religieuze wetenschappen. De persoonlijke zelfkritiek was verworden tot islamitische zelfkritiek. Waar hij eerst de belangrijkste jurist en geleerde van zijn tijd was geweest, was hij nu degene die alle juristen en geleerden verguisde. Zijn boek begint met deze woorden:

“De gidsen voor de [juiste] weg zijn de geleerden, die de nalatenschap van de profeten beheren. Maar ze ontbreken vandaag de dag en die er wel zijn doen alleen net alsof. Satan heeft de meeste van hen bezeten.”

Is dezelfde venijnige, betweterige Ghazali dan toch nog steeds aanwezig? Nee, toch niet. Het is slechts het snoeimes dat in de eerste pagina’s vakkundig op de in zijn ogen overwoekerende islam wordt gezet. In de rest van het boek wordt duidelijk dat het zijn bedoeling is om een grotere rol voor mystieke ervaring te maken. Om deze reden wordt Ghazali wel eens een soefi genoemd. Maar als we daarmee denken dat het alleen om ervaring gaat, dan slaan we de plank mis. Voor Ghazali is het een zoektocht naar een nieuwe balans. En hoezeer hij ook gehecht is aan mystieke ervaring, en hoezeer hij die ook een speciale, hoogste plaats geeft in zijn kennisleer, het betekent niet dat hij alles met zalvende woorden tegemoet treedt.

al-ghazali-verlost-van-onzin-min

Vernieuwen is niet iets wat vreemd is aan de islam, het is er een integraal onderdeel van. Niet op de manier waarop we vandaag de dag graag onze spullen vervangen – niet op de manier van een bos bloemen. Maar wel op de manier die Ghazali uiteindelijk verkoos: door te snoeien.

‘De belangrijkste moslim na Mohammed’ is relevanter voor de huidige tijd dan ooit. Niet alleen voor moslims, maar ook voor de vele mensen die snakken naar een genuanceerder geluid in het oververhitte debat. Vandaag wordt er een begin mee gemaakt. Ghazali’s autobiografie Verlost van onzin is vanaf vandaag in helder Nederlands te lezen. In dit openhartige document omschrijft hij zijn eigen proces en zoektocht. Het is een handleiding, een snoeicursus voor beginners. Of je nu moslim of islamcriticus of ergens er tussen in bent, ik daag je uit de tijd te nemen om Ghazali’s blik op de zaak eens aan te horen in zijn eigen woorden.

Verlost van onzin: de autobiografie van een islamitische filosoof. Al-Ghazali (d.1111) wordt de belangrijkste moslim na Mohammed genoemd. Zijn boeken over filosofie, theologie en mystiek worden nog altijd veel gelezen in de islamitische wereld. Ook in de westerse literatuur duikt de naam van Ghazali geregeld op, maar dan als een strenge dogmaticus. Wie was deze Ghazali en waar komt zijn reputatie vandaan? Kan het echt zo zijn dat hij het einde van het vrije denken in de islam inluidde? In Verlost van onzin komt Ghazali zelf aan het woord. Deze toegankelijke vertaling van Ghazali’s autobiografie is voorzien van uitgebreide context en interpretatie door Gerko Tempelman en Cornelis van Lit. Zie www.verlostvanonzin.nl en de website van Boom Filosofie.

Er komen ook lezingen aan. Wees erbij!

  • 20 september in de Openbare Bibliotheek Amsterdam, met Kamel Essabane en Alaeddine Touhami. Lees hier meer.
  • 22 september op de Universiteit Utrecht (alleen online). Lees hier meer. 
  • 6 oktober in Spui25 Amsterdam, boekpresentatie met Pieter Coppens, Anne Dijk en Asghar Seyed-Gohrab. Lees hier meer.

Boekverloting

Nieuw Wij verloot 3 exemplaren van Verlost van onzin onder hen die tot en met 21 september een mail sturen naar [email protected] o.v.v. Verlost van onzin. Vermeld daarbij volledig postadres.

Lees ook

maxresdefault

Kennismaking met het denken uit de gouden eeuwen van de islam

Vertaling van de autobiografie van Ghazali, de belangrijkste moslim ná Mohammed

c van lit

Cornelis van Lit

Cornelis van Lit is arabist en filosoof en werkt aan de Universiteit Utrecht.
Profiel-pagina
gerkot

Gerko Tempelman

Gerko Tempelman is filosoof, theoloog en schrijver. Hij doceert islamitische filosofie aan onder meer de ISVW en HOVO.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.