Saph Melekohy (39), mede-initiatiefnemer Coming Out Woerden, Utrecht: Ik ben mede-initiatiefnemer van Coming Out Woerden, een lokale lhbti+ belangenorganisatie voor de bewoners van Woerden, waar ik zelf ook woon. We opereren als organisatie onder de vlag van COC Midden-Nederland. Wij organiseren onder andere de jaarlijkse Woerdense Regenboogweek en andere activiteiten voor de lhbti+ gemeenschap. Door de jaren heen zijn we als organisatie ook steeds meer het aanspreekpunt geworden voor lhbti+ personen die in Woerden wonen.
Robin Palma (22), schaduwraadslid Veenendaal, Utrecht: Ik woon in Veenendaal, waar ik als schaduwraadslid in de gemeenteraad het thema ‘inclusie’ in mijn portefeuille heb. De afgelopen verkiezingen heb ik me er hard voor gemaakt dat de Gemeente Veenendaal aan de slag zou gaan met inclusie en diversiteit. En dat is gelukt; we hebben nu ook een wethouder die ‘inclusie’ in de portefeuille heeft. Naast mijn werkzaamheden als schaduwraadslid organiseer ik samen met een aantal andere vrijwilligers het COC-café in Veenendaal, een avond die totaal in het teken staat van ‘jezelf zijn’ en de lhbti+ gemeenschap.
Linda de Vries (41), mede-initiatiefnemer Diversity Almere, Flevoland: Samen met Suleika El Mhassani heb ik Diversity Almere opgezet: een lhbti+ jongerengroep die gelijkgestemden van 12 tot 27 jaar oud bij elkaar brengt in Almere. Zelf merkten Suleika en ik dat er in Almere weinig mogelijkheden waren voor lhbti+ jongeren om elkaar te ontmoeten en dat zij onder andere hierdoor in gevaarlijke situaties terechtkwamen. Sommige jongeren gingen via datingapps op zoek naar gelijkgestemden en werden dan soms met iemand geconfronteerd die zich online veel jonger had voorgedaan. We hoorden dan bijvoorbeeld dat jongeren in een hotelkamer afspraken en dan vervolgens niet zo goed wisten hoe ze daar weg moesten komen. Suleika en ik wilden daarom een veilige plek creëren voor lhbti+ en open-minded jongeren om samen te komen, ervaringen uit te wisselen en informatie met elkaar te delen.
Claire Slingerland (61), documentairemaker, Flevoland: Als documentairemaker ben ik verbonden aan Cine Inclusief, een stichting die documentaires binnen de thema’s diversiteit en inclusie maakt. Daarnaast zit ik in het regenboogoverleg waarin ik samen met de gemeente Almere werk aan zichtbaarheid van de lhbti+ gemeenschap, geef ik gastlessen op middelbare scholen en ben ik betrokken bij de Winter Pride. Zelf ben ik trans vrouw en daar heb ik lang mee geworsteld. Toen ik eindelijk uit de kast kwam, wilde ik me inzetten om het andere lhbti+ personen gemakkelijker te maken. Als filmmaker regisseerde ik daarom de documentaire De Oversteek, waarin een aantal trans mensen van verschillende leeftijd spreken over hun sociale transitie. In de media is vaak aandacht voor het medische stuk, maar in deze film focussen we op wat het sociaal met iemand doet als iemand in transitie gaat.
Wat zijn jullie eigen ervaringen zijn als het gaat om jezelf kunnen zijn in jullie provincie?
Saph: Vanaf mijn vijftiende ben ik al uit de kast en ging ik naar het COC om over mijn gevoelens te leren. Mijn ouders gingen er ook goed mee om en ik mocht van hen al vrij jong naar de soos-avonden van het COC. Toen ik later naar Woerden verhuisde ging ik ook bij een kerkgemeenschap, waarna ik weer terug de kast inging. Ik heb als lesbienne binnen christelijke kringen veel onprettige ervaringen opgedaan. Ik heb daar toch weer mee gebroken, maar ik zet me nog altijd in voor lhbti+ christenen omdat ik dit heel belangrijk vind. Zo geef ik op persoonlijke titel voorlichting over lhbti+ en religie.
Robin: Ik ben geboren en getogen in Veenendaal en kwam op mijn zeventiende uit de kast voor mijn moeder. Op de middelbare school en tijdens mijn studie ben ik er nooit echt voor uitgekomen. Helaas ken ik niemand in Veenendaal die uit de kast is en nog nooit met lhbti+ gerelateerd geweld te maken heeft gehad. Zo heeft een vriend van mij een regenboogvlag uitgehangen en die vlag is al drie keer gejat en zelfs in brand gestoken. Zelf heb ik ook een keer te maken gehad met geweld. Ik mocht de trein niet uit van een groepje jongeren omdat ze niet wilden dat ik in ‘hun stad’ zou zijn, en toen ik toch uitstapte werd ik hardhandig terug de trein ingegooid. Dat is dan toch wel schrikken. Er is dus nog veel te winnen op het terrein van lhbti+ emancipatie in Veenendaal. Ik vind het daarom ook belangrijk om me hier politiek voor in te zetten.
Claire: Als transvrouw heb ik weinig last van transfobie, omdat de meeste mensen bij mij niet zo snel zien dat ik trans ben. Ik kan in de massa opgaan. Maar als ik met mijn vrouw ben is dat wel anders en word ik geconfronteerd met straatintimidatie. Ik zat voorheen in een heterorelatie, maar nu ik in een lesbische relatie zit merk ik wel dat mensen vaak naar ons kijken of gaan toeteren als ze met de auto langsrijden.
Linda: Toen wij dat regenboogpad in Almere wilden realiseren zijn we samen met een groepje jongeren en de wethouder gaan helpen met het spuiten van de kleuren. Een aantal voorbijlopende jongeren riep toen dat ze nooit over dat regenboogpad zouden gaan lopen. Helaas zien we als Diversity Almere ook dat jongeren thuis niet geaccepteerd worden en bang zijn om verstoten te worden als ze vertellen dat ze homoseksueel of trans zijn. Als moeder raakt me dat enorm.
Wat zijn de specifieke uitdagingen voor de lhbti+ gemeenschap in de provincie Utrecht?
Saph: Uit ervaring weet ik dat er een groot verschil is tussen grotere steden als Utrecht en de kleinere dorpen in de provincie. In de stad loop je als lhbti+ persoon ook tegen moeilijkheden aan, maar je kunt er makkelijker anoniem zijn en meer lhbti+ personen en initiatieven vinden. In Woerden is het moeilijker om dingen te organiseren, omdat er niet altijd voldoende mensen zijn om de initiatieven te dragen. Terwijl ik merk dat wat we doen met Coming Out Woerden broodnodig en urgent is. Toen we bijvoorbeeld een regenboogzebrapad in Woerden kregen, reageerden veel bewoners met ‘doe normaal, dan doe je al gek genoeg’. En een paar dagen later was het pad met teer beklad. En meerdere keren zijn er regenboogvlaggen gejat..
Robin: Ons regenboogzebrapad in Veenendaal is ook al een paar keer beklad, en toen we het met een groepje vrijwilligers gingen schoonmaken werden we agressief bejegend, uitgescholden en bespuugd. Ik ken een aantal lhbti+ personen die niet meer in het centrum durft te komen omdat ze bang zijn voor geweld omwille van wie ze zijn. En dan ken ik ook nog twee lhbti+ jongeren die niet uit de kast durven komen omdat hun kerkgemeenschap homoseksualiteit openlijk afkeurt. In Veenendaal leven mensen nog vrij erg in hun eigen ‘zuil’. Mensen gaan dan bijvoorbeeld naar een eigen school, brengen hun kinderen naar een eigen dagopvang en lezen het reformatorisch dagblad. Door op die manier te leven komen mensen uiteraard ook minder in aanraking met mensen die anders zijn dan zij, waardoor denkbeelden, over bijvoorbeeld minderheidsgroepen, minder snel veranderen.
Wat zijn de specifieke uitdagingen voor de lhbti+ gemeenschap in de provincie Flevoland?
Linda: Ik merk dat onze lhbti+ jongeren lastig gevallen worden door andere jongeren in de stad als ze openlijk zichzelf zijn. Dat zag ik bijvoorbeeld bij het hijsen van de vlag tijdens Coming Out Day. Sommigen werden onderweg naar huis zelfs belaagd door een hele groep. En dit terwijl we op scholen goed bezig zijn met GSA’s (Gender & Sexuality Alliance, een groep leerlingen die zich sterk maakt voor een veilige omgeving op school). Je zou denken dat Almere een vrije stad is, maar op dat soort momenten word je toch geconfronteerd met de weerbarstige realiteit voor veel lhbti+ personen.
Claire: Recentelijk werden in Almere enkele foto’s van de Pride Photo-tentoonstelling met verf beklad. Eén van de foto’s, die van een naakte transgender man, zou te ‘expliciet’ zijn en werd door de gemeente verplaatst. Ik vind het hypocriet dat er aanstoot wordt genomen aan zo’n poster terwijl er overal naakt te zien is en daar niet moeilijk over wordt gedaan. Er is in de pers vooral veel negatieve aandacht geweest voor de tentoonstelling. Dat geeft aan dat de acceptatie nog te wensen overlaat. Onlangs zijn ook het regenboog- en transpad beklad in Almere.
Zijn er voorbeelden van mooie initiatieven waar andere provincies misschien iets van kunnen leren?
Saph: Absoluut! De Regenboogviering is een samenwerking tussen een aantal Woerdense kerken en onze organisatie Coming Out Woerden. Iedereen is welkom tijdens de kerkdienst, dus er komen ook mensen van buiten de lhbti+ gemeenschap op af. Iets anders waar ik blij mee ben in Woerden is hoe andere instellingen en ondernemingen met ons samenwerken.
Ook ondernemers in Woerden die de regenboogvlag uithangen of speciaal een regenboogtaart of regenboogcocktail op de kaart zetten vind ik fantastisch. Je kunt het niet allemaal in je eentje dragen, dus alle hulp en steun is fijn.
Robin: Elke ondernemer wil ons graag helpen met de avonden die we met COC-café organiseren, dus dat enthousiasme bij de horecaondernemers is ondanks het barre lhbti+ klimaat prettig. Ook hier in Veenendaal wordt elk jaar de regenboogvlag gehesen op het stadhuis, dat is toch wel een belangrijk signaal naar de bewoners van de gemeente. Ik ben ondanks het bekladden ook blij met het regenboogzebrapad, omdat het toch tot nadenken en discussie aanzet. Zo heb ik al een aantal gesprekken met mensen gevoerd naar aanleiding van dat regenboogzebrapad.
Claire: Een mooi Flevolands initiatief van Stichting Bureau Gelijke Behandeling Flevoland is de reizende foto-expositie Extremely Normal, die heel Flevoland rondgaat. In die expositie worden de geportretteerde mensen losgekoppeld van het lhbti+ zijn. Ik vind dat een mooie insteek, omdat je de mensen achter de letters leert kennen. Het gaat over hun passies, werk en hun persoonlijkheden. Dat ze toevallig ook queer zijn is niet zo bijzonder.
Linda: Ik vind het mooi dat de verschillende organisaties die zich met lhbti+ emancipatie bezighouden elkaar weten te vinden in Flevoland. We blijven niet ieder op ons eigen eilandje zitten, maar zoeken elkaar ook op en slaan de handen ineen. Een paar jaar geleden zijn we op uitwisseling gegaan in Londen, waar we bij een groep gelijkwaardig aan Diversity Almere zijn gaan kijken hoe zij dingen aanpakken.
Waar hopen jullie dat je provincie over tien jaar staat als het om lhbti+ emancipatie gaat?
Saph: Dat mensen in de toekomst zeggen: ‘Hè, moest je je daar nou echt voor inzetten?’ Dat ze zich niet kunnen indenken dat mensen omwille van hun seksualiteit of genderidentiteit werden gediscrimineerd. Om daar te komen moeten we beter gefaciliteerd worden door de overheid en moet er meer subsidiegeld vrijgemaakt worden voor lhbti+ emancipatie.
Robin: In progressieve steden als Amsterdam, Utrecht en Amersfoort zie je een stagnatie in de acceptatie van lhbti+ personen. Het is belangrijk dat die acceptatie juist blijft toenemen, want daar kunnen plekken als Veendendaal zich aan optrekken. Ik hoop dat men over tien jaar in ieder geval openlijk gay of trans kan zijn zonder nagekeken of agressief bejegend te worden. Of erger: lhbti+ gerelateerd geweld.
Claire: Hopelijk weten mensen op een dag niet meer wat die regenboogpaden zijn en moeten we kinderen uitleggen dat lhbti+ personen ooit werden gediscrimineerd. Maar om daar te komen is er veel werk aan de winkel. Ik zou graag zien dat de budgetten die gemeenten krijgen om iets aan lhbti+ emancipatie te doen, gedifferentieerd worden. Nu krijgt elke gemeente, groot of klein, 20 duizend euro. De gemeente Almere legt gelukkig bij en daar mogen andere grote gemeenten wat mij betreft een voorbeeld aan nemen.
Linda: Ik heb hoop: we zien steeds vaker dat lhbti+ jongeren ook naar de reguliere jongerenactiviteiten gaan en daar worden geaccepteerd. Het zou mooi zijn als dat op een dag gewoon de norm zou zijn.
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd op 8 november 2022 en opnieuw geplaatst in het kader van de Nieuw Wij Winterherhalingen. Het artikel is afkomstig uit de reeks ‘Jezelf zijn in de provincie’, een coproductie van Movisie en de Regenboogprovincies. Meer informatie.