Oorspronkelijk, in de negentiende eeuw, was het de beschrijving van de introductie van jonge adellijke vrouwen in de samenleving. Coming out was het moment dat zij debuteerden, dat hun naam officieel publiek werd gemaakt. Meestal was dat tijdens een gala.

Tegen het einde van de negentiende eeuw werd het galamodel en daarmee ook het idee van coming out in de gay scene overgenomen om jonge mensen (toen vooral mannen) de mogelijkheid te bieden te worden geïntroduceerd in de bredere homogemeenschap. Coming out was dus vooral een praktijk onder gelijken. Het had geen publiek karakter.

Dat bleef zo tot aan de Tweede Wereldoorlog. Er waren wel mensen die homo’s ertoe aanspoorden om ook publiekelijk ‘uit te komen’. Maar voor veruit de meeste van hen was dit veel te risicovol of gevaarlijk zelfs. Pas vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw kwam de uitdrukking coming out of the closet in zwang. Waarmee steeds uitdrukkelijker het moment werd bedoeld dat iemand haar of zijn homoseksuele oriëntatie met een buitenstaander of met een groep buitenstaanders deelde. Van de eigen ouders/familie tot een bekendmaking via communicatiemiddelen als de radio en de tv.

Al blijft dit moment voor veel LHBTI-mensen met risico omgeven, toch wordt het positief gewaardeerd. Daarom ook bestaat er zoiets als een Coming-Out Dag. Coming out betekent: eindelijk jezelf kunnen zijn. Het voelt als een bevrijding. Het is belangrijk voor een gezonde persoonlijke ontwikkeling. Er zijn gelovige LHBTI-mensen die het mede daarom als een geschenk van God ervaren.

Deze tekst is afkomstig uit Kerk in Mokum, magazine van de Protestantse Kerk Amsterdam.

Wielie-Elhorst

Wielie Elhorst

predikant, projectmanager

Wielie Elhorst is predikant in Amsterdam. Hij studeerde theologie aan de Protestantse Theologische Universiteit in Kampen. Elhorst was …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.