‘Nooit meer…’ zeiden oude mensen die de Tweede Wereldoorlog hadden meegemaakt. ‘Nooit meer…’ zeiden de slachtoffers die hun familieleden aan geweld verloren. ‘Nooit meer…’ zeiden de mensen die huis en haard ontvluchtten vanwege geweld. Nooit meer, maar nu zijn deze zinnen weer actueel. Voortdurend en al maanden bepalen oorlogsbeelden en vluchtelingstromen het journaal, de kranten en onze aandacht. Daar kan de marketing rond het boek Spare van een geprivilegieerde jongeman niet tegenop.

Want waar haal je de hoop vandaan, tv kijkend en de krant lezend? Of als je zelf zo’n wanhopige situatie voor je ogen ziet gebeuren? Dan gebeurt er soms iets geks: midden in de ellende staat iemand op en zegt: ‘Dit kan zo niet langer’ en hij of zij gaat iets doen. Je ziet het in de bijzondere tv-serie Viva l’Umanità van de EO, waar onder andere in Athene (met journaliste Ingeborg Beugel en Petros Kostantino) en in Rosarna, een dorp in Zuid-Italië (met project Licht in de duisternis) mensen protesteren, opstaan en iets gaan doen. De vier afleveringen zijn terug te kijken via NPO Start.
Deze mensen staan op, omdat ze de hoop hebben iets te veranderen, zonder zeker te zijn of het helpen zal. Tomás Halík zegt hierover in zijn boek Niet zonder hoop: ‘Alleen wie zich niet conformeren aan de wereld zoals die nu is, zijn mensen van hoop.’ De hoop is volgens hem gericht op de toekomst, op iets wat nog komt. God, geloof, hoop en de waarheid zijn geen dingen die we zeker weten. In het onzekere besef daarvan, kunnen we léven als we de twijfel toelaten, onszelf toestaan iets niet zeker te weten en daarmee de mogelijkheid tot handelen open houden.
Halík hervertelt dan een verhaal van Martin Buber over een chassidische rabbijn: “Deze rabbijn kreeg door een ‘verlichte’ leraar voortdurend boeken aangereikt met alle mogelijke bezwaren tegen het geloof. Toen de leraar de rabbijn een keer ’s nachts opzocht, verwachtte hij dat hij hem ofwel van zijn atheïsme zou hebben overtuigd, ofwel dat de rabbijn op hartstochtelijke wijze zijn geloof zou verdedigen. Toen hij door het raam naar binnen keek, zag hij hoe de rabbijn zijn Bijbel in zijn handen heen en weer bewoog en zachtjes tegen zichzelf zei: ‘En misschien is het toch waar… Dit vreeswekkende ‘misschien’ van de rabbijn schokte de zelfverzekerdheid van deze ongelovige.”
Hoe blijf je op den duur nog hoopvol? Soms is het misschien eerder halfvol hoop met toch een vleugje moed. Maar die komt niet uit mijzelf merk ik, die krijg ik onverwacht van iemand in Marioepol aangereikt die leeft te midden van de puinhopen en blijft herhalen: ‘… toch zal deze oorlog ooit ophouden, toch zullen we deze agressie stoppen. En dan zullen wij ooit alles weer opbouwen voor onze kinderen en kleinkinderen!’ De inzet om het vol te houden ligt dan in de gedachte van ‘nog niet, maar toch…’ En dat is de kracht van de hoop die misschien niet rationeel is maar wel sterker dan de reële situatie waarin veel mensen zich bevinden. Hoop wordt zo een levenshouding die mensen de kracht geeft te werken aan dat wat nog komt.