Now we’re talking
Bij wijze van terugblik op 2016 interviewde Libelle vier vrouwelijke geestelijk verzorgers uit verschillende denominaties: oud katholiek, islam, protestants en liberaal joods. Het is mooi en tekenend voor onze tijd dat Libelle de religie aan het woord laat over de vraag hoe we in het afgelopen jaar omgingen met ‘geloof, hoop, liefde en angst’. De antwoorden zijn ook alle sympathiek en herkenbaar. Verbinding, saamhorigheid, nabijheid, betere wereld vormen de kernwoorden. Nogal braaf en voorspelbaar, maar niet veel op af te dingen.
Toch werd ik pas echt geraakt door het fragment van de jonge moslima Hafsa Chairi over ‘de liefdevolle overgave aan God’: ‘Ooit hoorde ik een verpleegkundige tegen een oude vrouw zeggen: “Ach, wat ligt u hier toch in uw eentje.” Antwoordde de vrouw met een mooie glimlach: “Dat is niet zo hoor. Allah is met mij.”’
Bij het lezen hiervan dacht ik: ‘Now we’re talking’.
Steilte
Ik ben niet alleen. Allah is met mij. Dat is wat mij ontroert en troost. En ook wat herkenning oproept. Hoe broodnodig de oproep tot saamhorigheid ook is, we hebben niet genoeg aan louter die horizontale verbinding. Niet genoeg aan enkel humaniteit. Een mens draagt in zijn psyche ook het verlangen naar verbinding met het heilige, het verticale, noem het: het goddelijke.
In een van mijn gedichten noem ik het ‘de steilte die mij overstijgt’.
Ik kan niet genoeg benadrukken dat dit geen geloofsaanname is maar een ervaringsgegeven. Met de vrouw uit het fragment ervaar ik de nabijheid van… Tja, akelig abstract gezegd: een geestelijke werkelijkheid. Die zij aanduidt met Allah. Anderen met JHWH, Brahma, Mysterie, Nirwana… en waarvoor ik zelf het woord ‘God’ te klein, te belast en te misverstandelijk acht. Terwijl ik mij er toch regelmatig mee blijf behelpen.
Het doet er niet toe. De ervaring van een liefdevolle nabijheid is er niet minder om.
Waar met name het liberale christendom en jodendom zichzelf nog wel eens laten reduceren tot een horizontaal ‘humanisme met een religieus sausje’ houdt de islam de verticaliteit in ere. Wellicht is dat wat Huizinga bedoelde met ‘de rechtheid van de islam’.
Het behoort denk ik tot haar aantrekkingskracht: het overstijgen van Platland.
Gezindheid
Ik weet dat velen die deze ervaring van nabijheid niet kennen hem onverminderd zullen rekenen tot een geloofsuitspraak. En ik wil mij niet van hen vervreemden. Ik wil voorbij aan de scheidslijn gelovig/ongelovig. Hoe kan ik een verbindingspunt vinden?
Het gaat niet om het voor waar houden van feitelijkheden noch om het instemmen met het bestaan van een ‘wezen God’. Veeleer om een gezindheid. Het besef van een alles te boven gaand verband waarin alleen liefde overblijft als kern van alle dingen. Een zelftranscendentie waarin ook voor hen die zich niet gelovig noemen Huizinga’s ‘rechtheid van de islam en diepte van het oosten’ invoelbaar worden.
Ik denk dat het kerstevangelie van Lukas precies dit laat zien.
Kerstevangelie
En het geschiedde in die dagen… Oppervlakkig gezien is er niet veel meer aan de hand dan een volksregistratie. Die echter bruter verliep dan de sobere bewoordingen van Lukas suggereren. Er was zeker sprake van een gewelddadige evacuatie waaraan ook het in verwachting verkerende gezinnetje van Jozef niet ontkwam.
Een alledaags tafereel.
Maar dan trekt Lukas het doek op achter wat voor ogen is en laat een geestelijke, dwars verticale werkelijkheid zien in beelden van engelen en licht: een heilige liefde wordt geboren.
‘Kerstboodschap van een moslima’ met als blikvanger de foto van een hier bekende publicist. Overigens wel een aardig verhaal Wim Jansen.
Mogelijk spreekt hij over zichzelf of de in zijn nabijheid verkerende geloofsgenoten maar ik vind niet dat hij zo moet oordelen of generaliseren. Dat heb je in ieder geloof.
Er zijn natuurlijk christenen en Joden die wel een verticaal geloof hebben het is hier weer een promotie van de Islam. Zwak verhaal.
Ik ken genoeg christenen die ook zo hun geloof beleven. Begrijp eigenlijk niet wat hier zo bijzonder aan is.
Natuurlijk is er in christendom en jodendom ook verticaliteit: mystiek, kloosters etc. Het viel mij alleen op dat van de vier geïnterviewde dames de moslima als enige dit benadrukte. Het verticale lijkt mij in de islam meer structureel aanwezig.
Er vallen genoeg kritische noten te kraken, maar dat gebeurt al zoveel. Ik wil mij vooral lerend opstellen t.o.v. de islam (niet promoten). En dan valt dit ‘God-centered’ aspect mij in positieve zin op.
Ik denk, dat er heel wat mensen, m.n. kinderen die het niet kunnen verwoorden maar wel voelen, zijn die het besef hebben van een alles te bovengaand verband waarin alleen liefde overblijft.