Dames en heren,
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik heb de laatste tijd vaker het gevoel alsof ik in onze samenleving de visioenen uit het laatste bijbelboek ‘De Openbaring van Johannes’ tegenkom.
Aardbevingen, droogtes, overstromingen en een vulkaanuitbarsting die in een klap ons dagelijks leven ondanks alle technische hoogstandjes weet te ontregelen.
Er worden dan nog net geen mensen ten hemel opgenomen, zoals dat in de succesvolle evangelicale Amerikaanse thrillerserie Left Behind aan het einde der tijden gebeurt. Voor de auteurs – de emeritus predikant Tim LaHaye en Jerry Jenkins – is de angst voor de verschrikkingen van de eindtijd een miljoenenbusiness en wij hebben blijkbaar nog even respijt, voordat wij voor de troon Gods moeten verschijnen om te horen of het het eeuwige vuur wordt of de hemel.
Als ik de hele lijst van de heer Wijffels zo aanhoor is de keuze snel gemaakt. Al veel te lang leven wij op kosten van de volgende generaties en van de armen in de derde wereld. Ook al merken wij hier in het rijke westen nog relatief weinig van de omvang van de milieuschade. Het is al lang 5 over 12 en het enige wat wij nog kunnen doen is de schade zo veel mogelijk te beperken.
Meedogenloos drong dit inzicht zich afgelopen week aan mij op tijdens een debat over de sociale gevolgen van de milieucrisis op de oecumenische Kirchentag in München. Bij 130.000 deelnemers en 3.000 evenementen moet je goed en duurzaam kiezen waar je naartoe wilt gaan, anders loop je het gevaar de ene hal te verlaten en de volgende niet meer in te komen, omdat duizend andere mensen hetzelfde idee hadden als jij. Dus bleef ik gewoon zitten en bezocht ik een hele dag lang de bijeenkomsten ‘christenen in één wereld’ over ‘verantwoordelijkheid nemen voor de schepping’.
Vertegenwoordigers vanuit wetenschap, bedrijfsleven, politiek en kerken in Duitsland discussieerden met elkaar over de nodige maatregelen met betrekking tot de milieucrisis. Ik vond het buitengewoon informatieve en interessante discussies over de noodzaak van een ‘derde industriële revolutie’ en zeer confronterende inzichten en cijfers over de CO2 uitstoot. Maar ik merkte dat het mij allemaal pas werkelijk raakte toen twee deelnemers aan de podiumdiscussie, afkomstig uit ontwikkelingslanden, verhalen vertelden over de gevolgen van de milieucrisis die voor hen nu al in het dagelijkse leven tastbaar zijn:
– dat het water te zout is geworden om het nog als drinkwater te kunnen gebruiken.
– dat er niet meer genoeg vis voor de kust is voor de eigen bevolking omdat de gigantische boten uit Europa nu voor hun kust komen vissen.
– dat de waterspiegel dusdanig stijgt dat er nu al hele volksverhuizingen in China en Bangladesh plaatsvinden vanuit deltagebieden of steden die te dicht bij het water liggen, zoals bijvoorbeeld Shanghai.
– dat het niet meer lang duurt totdat de eilanden in de stille oceaan in het water zinken.
– En zei een van hen: “Denkt u vooral niet dat u van dit alles niets zult merken: er zullen grote migratiestromen op gang komen, ook richting Europa. Mensen die niet meer in de regio waar zij nu leven kunnen overleven worden nu al tot migratie gedwongen.”
Ik vertel u deze ervaring omdat ik denk dat empathie en het bewustzijn van ‘Wij met z’n allen’ – de ontwikkeling van een mondiaal bewustzijn waarvoor de heer Wijffels in zijn lezing pleit – pas op een blijvende manier ontstaat, als ik me kan verplaatsen in de situatie van die ander en de hele problematiek ook mij zo concreet mogelijk raakt. Dat die ander een appel op mij doet. En hoe triest dat misschien ook is, ik kom pas echt in beweging wanneer met zijn of haar belang ook mijn eigenbelang en dat van mijn kinderen wordt geraakt. Pas dan, vrees ik, dringt de urgentie van het hele vraagstuk van duurzaamheid tot ons door en dat er ‘eigenlijk’ gisteren, maar ‘zeer zeker’ NU gehandeld moet worden.
Hebben theologen, kerken en gelovigen hierin een opdracht? Zeer zeker – maar ik zou er graag een bredere coalitie van willen maken, een soort levensbeschouwelijk milieuberaad, waarin christenen, moslims, hindoes, joden, humanisten en atheïsten de handen ineen slaan en samen projecten opzetten of reeds bestaande ondersteunen die het bewustzijn in eigen kring stimuleren.
Ik zou me zelfs voor kunnen stellen dat de animo voor de interreligieuze of interlevensbeschouwelijke samenwerking op dit punt groot is omdat het in ons aller belang ligt de aarde voor onze kinderen en diens kinderen leefbaar te houden. Misschien is dit wel een nieuwe impuls voor de onderlinge samenwerking en dialoog.
Als concrete projecten stel ik voor:
– Zonnepanelen op kerktorens, moskeeën, tempels etc. – Geef het goede voorbeeld!
– Vraag mensen uit de desbetreffende gemeenschappen of zij een energieplan willen opstellen voor de eigen moskee, de eigen kerk, synagoge, tempel, etc. – Niet een afgevaardigde benoemen die voor allen het energieplan opstelt, maar ontwikkel materiaal zodat mensen in de verschillende gemeenschappen dat zélf kunnen doen – Het verhoogt de bewustwording en betrokkenheid. Waar kun je niet alleen energie maar ook kosten besparen? Ik denk dat er in elke gemeente mensen zijn die dit een interessante taak zouden vinden.
– Maak een plan dat bij grotere bijeenkomsten gebruikt kan worden om de evenementen zo milieuvriendelijk als mogelijk op te zetten. Op de kerkendag in München is dat op voorbeeldige wijze gebeurd. Omdat ik als spreker uitgenodigd was, hoefde ik mijn reis niet zelf te regelen, maar kreeg ik van de organisatie een treinkaartje toegestuurd, want iedereen die gezien de afstand met de trein kon komen, werd gevraagd om niet met het vliegtuig of de eigen auto te komen om de CO2-uitstoot zo veel mogelijk te beperken. Daarnaast kreeg je een berekeningstabel hoe je je CO2-uitstoot met de auto, trein, bus of vliegtuig kon berekenen en de door jou veroorzaakte CO2-emissie kon compenseren, in euro’s uiteraard. Dat door jou berekende bedrag kon je dan op de kerkendag in daarvoor opgestelde bussen doen en daarvoor werden dan bomen gepland in Ecuador of Brazilië. Ja, ja, de Duitsers zijn gründlich.
En uiteraard:
– Organiseer bijeenkomsten over het spirituele erfgoed dat in je eigen religieuze traditie te vinden is in relatie tot het behoud van de schepping. Organiseer een nacht van de duurzaamheid in bijbel, koran, veda’s, thora, enz.
– En laat zien dat sommige teksten misschien op een nieuwe manier moeten worden geïnterpreteerd: zoals de christelijke uitspraak (Genesis 2,15): niet beheers de aarde, maar zoals het nu in de nieuwe bijbelvertaling staat: bewerk de aarde en waak over haar.
Maar vooral ook:
– Zorg ervoor dat kinderen op scholen op een speelse manier leren om op een vriendelijke manier met het milieu om te gaan.
– Zet projecten voor jongeren op, waar ze thuis de energiehuishouding moeten meten. Op hoeveel graden wast je moeder (of je vader) de was? Reken maar dat dat ook weer een bewustwording bij de ouders teweeg brengt
– Vorm groepjes en geef ze een warmtecamera mee, waarmee ze kijken hoeveel warmte in schoolgebouwen, in kerken, in jeugdcentra door slechte isolering verloren gaat en laat ze zelf een plan maken hoe ze dat willen oplossen. Niet alleen nuttig, maar ook leuk.
– Leid jongeren op tot energie-experts!! Het voorkomen van CO2-uitstoot moet ‘cool’ worden, zodat het kind zelf zegt: “Pap, breng me nou niet met de auto naar school, dat is niet cool.”
U ziet, als je een keer begint om allemaal ideeën te ontwikkelen, lukt dat eigenlijk heel gemakkelijk. De vraag is waar haal je het geld vandaan om dat dan ook allemaal te realiseren en zeker in tijden van financiële crisis. Zeker is het een kwestie van prioriteiten stellen, maar ik ben het met de heer De Jong eens dat de politiek hierin een rol moet vervullen door subsidies of belastingtechnische voordelen aan de burger ter beschikking te stellen. Ondersteun het eigen initiatief van de burger en ontmoedig ze niet door bureaucratische rompslomp. Stimuleer het zelfoplossend vermogen van je burgers als overheid.
En nog een verzoek moet mij van het hart: ga nu niet allemaal weer zelf het wiel uitvinden. Bundel de krachten door netwerken te vormen en gebruik te maken van een infrastructuur die er al is. Kijk over de grenzen van je eigen land heen. Wat is er bijvoorbeeld in Duitsland of België of Engeland allemaal binnen en buiten kerkelijke organisaties ontwikkeld?
En bouw vooral niet allemaal weer zelf een website, maar maak gebruik van de onze: Nieuwwij.nl – een prachtige, duurzaam gebouwde multimediale website, gefinancierd door het ministerie van WWI in het kader van de integratie, met als doel de wij/zij-tegenstellingen in Nederland te helpen overbruggen. Een zeer succesvol project, afgelopen jaar nog onderscheiden met de Seal of Approval van de European Society of Education and Communication, dat een prachtig platform biedt om voor een breed publiek het vraagstuk van duurzaamheid een heel jaar aan de orde te stellen – en die nu wegbezuinigd dreigt te worden, zoals zoveel andere projecten. Kapitaal- en knowhow-vernietiging van de bovenste plank.
Laten we niet alleen over de noodzaak van een relationele ethiek praten, maar daadwerkelijk hier en nu duurzame verbindingen aangaan, zodat we niet in onderlinge concurrentie, maar in onderlinge verbondenheid een nationaal en mondiaal beleid kunnen vormgeven, mede gevoed door de wijsheidstradities, die je inderdaad, zoals de heer Wijffels al zei, in de verschillende levensbeschouwelijke tradities kunt vinden. Bijvoorbeeld in het christendom, in Spreuken 12, vers 28: “Op de weg van gerechtigheid is leven”. We zijn op die weg gezet, maar gaan moeten we hem zelf.
zonnepanelen op moskeeën… zou wel een goede zaak zijn. Hoogte genoeg met al die minaretten.