Werknemers die tot een (gestigmatiseerde) minderheid behoren, kunnen sneller te maken krijgen met (subtiele) uitsluiting op de werkvloer. Op basis van het onderzoek voor ‘Heb je een boze moslim voor mij’, De Inclusiemarathon, andere onderzoeken en eigen ervaring heb ik een samenvatting gemaakt van een aantal concrete omgangstips met subtiele uitsluiting op de werkvloer.

Belangrijke disclaimer: een diverse, gelijkwaardige en inclusieve werkvloer is een complex verandervraagstuk in een organisatie en niet de verantwoordelijkheid van de individuele werknemer. Zeker niet van de werknemers die uitsluiting ervaren op basis van (gestigmatiseerde) verschillen.

De tips:
1. Zoek ervaringsnoten: collega’s die jouw ervaringen delen opdat je frustraties en successen kan uitwisselen en je je niet alleen voelt (safe space).
2. Zoek bondgenoten: collega’s die dezelfde missie hebben en jou steunen (op jouw voorwaarden).
3. Geef je grens aan:
-Jouw ervaring delen met uitsluiting/discriminatie kan een kwartje laten vallen bij een collega, maar je bent niet (telkens) verplicht dit te doen. Er zijn professionele organisaties die zich bezighouden met bewustwording. Jouw baas kan hen inschakelen.
-Je wil niet elke keer de discussie aangaan. Dat is prima. Zeker op een plek waar je vele uren (online) bent.
-Niet elke grap is leuk, sommige grappen zijn discriminerend. Dat mag en moet gezegd worden. Wees ook een bondgenoot wanneer de grap niet over jouw uitsluiting gaat, maar wel over die van een collega.
4. Stelt iemand je een ongemakkelijke vraag? Stel dezelfde vraag terug.
5. Je hoeft niet altijd direct te reageren. Het kan helpen op een later moment terug te komen op een kwetsende opmerking.
6. Spreek iemand 1 op 1 aan op een nare grap of opmerking. Op individueel niveau kan je vaak sneller begrip voor elkaar opbrengen.

Deze gedachtegangen verschenen eerder als post op LinkedIn.

Al één reactie — praat mee.