Is het zinvol zo’n uitgave naar buiten te brengen?
Harry Mintjes: “Ik denk dat het zinvol is dat te doen. Je kunt de vraag stellen welke woorden er dan in moeten. En vierhonderd woorden is dan wel heel veel. Er zijn wel enkele kernwoorden die nodig zijn om een beetje begrip te hebben voor wat moslims beweegt’.
In het boek staat bijvoorbeeld het woord foetoeh. Dat is eigenlijk helemaal niet zo’n centraal voor de islam. Het slaat op veroveringen, en dan gaat het over de verovering van Mekka door de profeet. We komen het woord ook tegen in ‘El-Fatah’. Pas later is het woord gebruikt voor donaties. Het gewone woord voor aalmoes is eigenlijk zakat, de armenbelasting. Dat kan je vergelijken met onze diaconie. In de Koran is duidelijk dat het geven en delen essentieel zijn voor de islam.
Een heel belangrijk woord om de islam goed te begrijpen is het woord soenna. Daarmee worden de gewoonten van de profeet bedoeld. Het woord drukt het belang van de profeet Mohammed uit in de godsdienst. Het uitgangspunt voor een moslim is: Er is geen God dan God. Bij dat uitgangspunt hoort een tweede gedachte: Mohammed is zijn profeet. Die tweeslag zie je ook terug in de bronnen. Je hebt de Koran. En je hebt de soenna, de leefwijze van de profeet. De soenna is ook bron van inspiratie. Dat wordt verteld in allerlei hadji’s. Omdat het voor moslim niet voldoende is te zeggen dat er maar één God is. Je kan niet buiten Mohammed om leren wat dat betekent.”
Lees hier verder.
Voor een recensie van Vademecum van de islam: klik hier.
Bron: Raadvankerken.nl